TIPS
Reedkontakten
Voor de terugmelding gebruik ik rijstroom meting op de BVB´s, zie aldaar. Voor andere dingen zoals spoorbomen kan je reedkontakten gebruiken. Er zijn grote types die weliswaar robuust zijn en een groot amperage kunnen geleiden, maar die zien er niet mooi uit, omdat ze door hun afmetingen boven de biels gelegd moeten worden. Ik heb daarom kleine exemplaren gebruikt, waarvan het glaslichaam 8 mm lang is en 1,6 mm rond. Deze kunnen altijd nog 2A voeren, maar hebben het voordeel, dat ze binnen de contour van een biels vallen. Een biels voor H0 spoor heeft namelijk de maten 3 x 2 x 30 mm. De bruikbare ruimte tussen de rails is 14 mm. Als je de pootjes van het reedje haaks ombuigt, terwijl je de pen vlak naast het glas vasthoudt met een pincet, kan je de pootjes op een steek van 12 mm buigen. Ik dacht slim te zijn door een stuk biels tussen de rails weg te snijden en daarvoor in de plaats het reedje te plaatsen. Dit blijkt echter geen goede positie te zijn; wanneer de magneet, die midden onder de loc zit, voorbij komt, wordt het reedcontact dikwijls niet gesloten. De oorzaak is de vorm van de magnetische veldlijnen onder de loc. Het contact zit net op een "dood" punt van het magnetische veld. De oplossing is daarom: verschuif het contact naar opzij, tot midden onder een rail. Dit kost weliswaar wat meer werk om e.e.a. te monteren, maar werkt prima en is na afwerken vrijwel onzichtbaar. Hieronder vind je 3 foto's: de eerste van het contact, ingekapseld in een niet-metaalhoudend middel (houtvuller) en voorzien van aangesoldeerde draden, met krimpfolie beschermd tegen kortsluiting, e.d.
Lijkt je dit teveel werk, dan is een tweede mogelijkheid om het reedcontact in de lengterichting midden tussen de rails te monteren. Je moet dan wel ruimte maken voor het reedcontact in 2 biels. De bovenkant van het reedcontact moet gelijk liggen met de bovenkant van de biels. Om een goede werking van de magneet onder de loc te krijgen gebruik ik 2 Neodynium magneetjes 10 x 4 x 3 mm die ik schuin onder de loc lijm. Let op dat de magneetpolen in dezelfde richting wijzen. Leg hiervoor de magneetjes op het 10 x 3 mm vlak enige cm van elkaar en schuif 1 magneetje naar de andere toe. Het vrije magneetje springt dan op de juiste manier vast. Zie de volgende 2 plaatjes:
- Besturingssysteem op 1 plaat
In de paragraaf 'Hardware' heb je kunnen zien dat ik 1 grote plaat multiplex gebruik voor de montage van alle besturingsprints. Ik kan dit ten zeerste aanbevelen, wegens de goede bereikbaarheid van alle prints. Denk aan afregelen van potmeters, stekers in- of uitpluggen en aan het overzichtelijk leggen van de bedrading. Bij vorige projecten heb ik een 19" rek gebruikt met insteekprints. Dit bleek erg storingsgevoelig te zijn (slechte stekerverbindingen, afgebroken draden, e.d.). Niet doen dus.
- AKI Knipperlicht electronica
Je kunt heel eenvoudig zelf een universele schakeling bouwen die een Automatische Knipperlicht Installatie (AKI) voor een spoorwegovergang bedient. Om de gebruikte IC´s optimaal te benutten, heb ik er een dubbele uitvoering van gemaakt, dus geschikt voor 2 dubbelsporige overgangen. De bediening verloopt automatisch door de langsrijdende loc; het magneetje onder de loc bedient reedcontacten in de biels van de rails. Per overweg kan je 4 reed´s aansluiten, telkens 2 per spoor: 1 op ongeveer 30 cm voor de overgang en 1 ongeveer een maximale treinlengte daar achter. De electronica zelf is gebouwd rond een universele timer (NE(7)555) en een IC met 4 NAND poorten. De knipperlichten moet je monteren op een driehoekig bord met bovenaan 2 rode LED´s en onderaan 1 gele LED. Als de loc het eerste reedje passeert beginnen de 2 rode LED´s om en om te knipperen. Passeert de loc later de tweede LED, dan doven de rode LED´s en begint de gele LED in het halve tempo te knipperen. De palen met de LED´s heb ik zelf gemaakt met 2 mA (low current) LED´s, maar misschien kun je dit ook kopen. Let op: gebruik GEEN 10 mA LED´s, omdat deze stroom te groot is voor de NAND poorten.
Klik hier voor het schema of klik hier voor de printplaat (afm. 48x51 mm).
- Leggen van bedrading en storingen
Electronica heeft dikwijls last van storing door externe invloeden, waardoor er ongelukken kunnen plaatsvinden op de baan. Dit zijn dikwijls spanningsfluctuaties in het 240V netwerk thuis, veroorzaakt door schakelende apparaten, zoals een stofzuiger, een gaswandketel, e.d. Ook storing, veroorzaak door een rijdende loc, die slecht contact maakt, of kortsluiting kan de electronica danig in de war brengen. Er zijn enkele simpele regels om dit te voorkomen:
1-Gebruik voor iedere verbruiker een eigen aan- en afvoerdraad (bv. +12 V en massa) en houd deze draden dicht bij elkaar.
2-Maak NOOIT rondlopende bedrading die dus in zichzelf gesloten is, maar werk altijd in een stervorm, dus maak bv. 1 centraal aardpunt om alle aarddraden aan elkaar te verbinden.
3-Als er externe bedrading tussen 2 IC´s gelegd moet worden, gebruik dan getwiste draden voor 12V en massa, eventueel voor lange draden coax kabels.
4-Gebruik kabelgoten aan de zijkanten van je modelbaan. Dit voorkomt chaotische dradenspaghetti onder je modelbaan en bevordert het overzicht bij later wijzigen, e.d.
5-Zorg dat de ruimte, waarin je de modelbaan bouwt, stofvrij is of scherm anders de modelbaan af als je die niet gebruikt, want stof op de rails veroorzaakt veel ergernis door haperende loc´s, speciaal bij 2-rail systemen.
6-Wissels zijn dikwijls een bron van ergernis, doordat het schakelrelais na verloop van tijd niet goed meer werkt; de contacten slijten door het gebruik en veroorzaken niet schakelende wissels. Om dit op te lossen kun je wisselmotoren gebruiken, die je direct onder op de biels van het wissel lijmt. Maak een gat ter grootte van de wisselmotor in het blad van je baan en monteer daarna het wissel met de motor als 1 geheel.
Een alternatief is om servo motoren te gebruiken. Je hebt daarvoor per wissel een servo driver nodig (SD) en per 8 wissels een driver (WBR-puls).
7-Als je ooit wissels wilt vervangen is het handig als je de raillassen kunt terugschuiven naar de aangrenzende rails. Maak vóór het monteren van de rails een extra bielsbreedte vrij, zodat de lassen teruggeschoven kunnen worden.
- "Keep alive" schakeling voor loc´s
Vuile rails en/of wielen veroorzaken de nodige ergernis; de loc wil niet starten of blijft op een slecht bereikbare plaats staan. In tegenstelling tot loc´s met een decoder voor DCC is het bij pulscode sturing erg lastig om korte stroomonderbrekingen op te vangen. Een vliegwiel in de loc doet wel iets, maar dikwijls niet genoeg. Omdat ik een hekel heb aan continu poetsen, heb ik maar een printje gemaakt om in te bouwen in de loc (mits er ruimte is, natuurlijk) of in een volgend rijtuig. Het kan onderbrekingen tot 2 seconden overbruggen. Ik heb dit in ontwikkeling en zal hierover later iets vertellen.